16/08 roadtrip dag 10: Trolltunga

7 september 2019 - Leuven, België

Om 6 u 's morgens kropen we versuft uit het gezellige autobed en vertrokken naar de Trolltunga 10 km verderop. Het was eigenlijk de parking in Skjeggedal  die 10 km verderop lag, naar de tunga moesten we vandaar 14 km wandelen. Uit gemakzucht pikken we even het tekstje van mountainreporters.com dat de nodige informatie geeft: "De 'tong van de trol' is zonder twijfel één van de meest spectaculaire kliffen van Noorwegen. Hij bevindt zich 1100 meter boven het zeeniveau en torent zo'n 700 meter uit boven het meer van Ringedalsvatnet. De klif is 10.000 jaar geleden ontstaan in de ijstijd toen de randen van de gletsjers de randen van de klif bereikten. Hierdoor braken grote brokken steen onder de Trolltunga vandaan, wat heeft gezorgd voor de horizontaal uitstekende klif. Niet alleen het uitzicht vanaf de top is adembenemend, de hele hike wordt omgeven door geweldige natuur."

Deze toeristenplek is bijzonder populair en dat is nog een andere reden om vroeg te moeten vertrekken. Eens je boven bent heb je het recht om een foto te maken op de tong, maar dat wil iedereen, dus dat is wachten geblazen. Hoe vroeger je vertrekt, hoe korter de wachtrij in principe. Zoals beschreven is de wandeling niet voor doetjes en wordt daarom ook afgeraden bij slecht weer. Of we naar boven zouden gaan viel dus nog af te wachten want alles was die ochtend gehuld in een dikke mist. Het weerbericht had nochtans alleen wat grijze wolken voorspeld, maar de bergen zijn nu eenmaal zo wispelturig als een zwangere vrouw.

Op de parking aangekomen zagen we dat er veel mensen waren die zich niet lieten tegenhouden door de mist (of ze hadden een beter weerbericht gelezen). Terwijl we slabakten op de dure parking (50 euro voor een dag!) werden we stilaan voorbijgestoken door vele toeristen en zagen we de vrije parkeerplaatsen een voor een verdwijnen. Uiteindelijk- na het ontbijten, omkleden en nog wat inpakken- gingen ook wij rond 7u op pad.

De eerste stop was een honderdtal meter verder, aan de stopplaats van de shuttlebus. Gezien de eerste vier km steil rechtop gaan via een asfalten baan opteren vele mensen ervoor om die met het busje af te leggen. Geen overbodige luxe aangezien de wandeling zo al lang en vermoeiend genoeg is. Ksenia was reeds op voorhand bang gemaakt door vele trolltungaverhalen die geschreven waren door mensen met een minder goede wandelconditie (tja, wij hadden net 660 km achter de rug) en stond erop met het busje te gaan. De online busplaatsen waren echter al tot half tien uitverkocht en er stond al een lange wachtrij van bijna 50 man. We gokten dat het één tot twee uur zou duren eer we de bus op konden en daarom gingen we maar te voet omhoog. Misschien zouden we op de terugweg meer geluk hebben.

De weg was mistig en erg steil en de busjes die elke tien minuten passeerden waren niet bijzonder gunstig voor het gemoed (volgens hun leugenachtig schema reden ze slechts tweemaal per uur). Maar we gingen goed vooruit en na iets minder dan een uur hadden we de 17 haarspeldbochten overwonnen. Het leek ons daarom erg straf dat het eerste stuk 4,3 km zou zijn, we gokten eerder 3,5 km.

We zaten duidelijk boven de boomgrens want de vegetatie werd schraler; onze metgezellen werden lage struikjes en kale rotsen. Boven aangekomen verdienden we een pauze en aten we een banaan op de platte rotsen. Intussen werden we schaamteloos te voet voorbijgestoken door nog meer busjestoeristen. Het is daar dat we beseften dat we serieus moesten doorstappen indien we aan de trollentong niet te lang wilden aanschuiven. Stilzwijgend besloten we om niet meer te pauzeren tot we boven waren en staken zo op een recordtempo de meeste busjestoeristen voorbij. We plukten de vruchten van ons gehard pelgrimsschap en geraakten gezwind bergop. We namen geen foto's en knabbelden al stappend op onze tussendoortjes. Op 3u45 hadden we er 14 km en bijna 900 hoogtemeters op zitten. Zelfs dan, rond 11u, moesten we nog een halfuurtje aanschuiven voor de foto. We waren immers niet zó vroeg vertrokken en er zijn altijd mensen die daar met de tent blijven slapen om er als eerste te zijn.

Het was even zoeken naar iemand die een foto van ons wou nemen. Het Duits meisje achter ons in de rij had gelukkig een vriendin die ook ons wou vereeuwigen op beeld. Onze goede indruk van de Duitsers werd aan diggelen geslagen toen we na een halfuur aanschuiven schaamteloos door een koppel ranzige moffen werden voorgestoken. Wij lieten hen begaan maar probeerden hen intussen met onze blikken neer te bliksemen. Na het nodige geposeer waren we toe aan ons middageten. Het was geknoei met de blikjes vis en zonder vork maar de lunch in het zonnetje smaakte. Tijdens het eten sloegen we enkele Russen gade die ongegeneerd iedereen in de rij aan het voorsteken waren; bij hen verschoten we er minder van dan bij de Duitsers. We kregen de indruk dat hier nog meer nationaliteiten bij elkaar waren dan op de Bessegen.

De weg heen is één ding maar we moesten ook nog helemaal terugwandelen. Onderweg kwamen we hordes toeristen tegen die wat langer zouden mogen aanschuiven. Deze keer hadden we wel tijd om de mooie panorama's te bewonderen. Naar toilet gaan was echter wat moeilijker. De ochtendspurt begon zijn tol te eisen en we begonnen moe te worden. We waren dan ook blij dat we voor de laatste '4,3 km' de bus naar beneden konden nemen. Op de parking aangekomen konden we de omgeving waarnemen zonder mist en ontdekten de restanten van de voormalige kabelspoorbaan die sinds 2010 niet meer in gebruik is.

Het dichtstbijzijnde toeristenstadje bij de Trolltunga is Odda. We gingen daar een kijkje nemen vooraleer op zoek te gaan naar een nachtparkeerplek (aanvankelijk wilden we op de camping slapen, maar besloten om dat geld uit te sparen, we hadden immers de volgende dag al een douche in Denemarken). Odda is een typisch Noors toeristenstadje: omgeven door bergen, aan het water, met enkele supermarkten en horecagelegenheden en wandelingen in de buurt. We deden onze laatste souveniraankopen (waaronder de bekende Noorse aquavit en appelsap uit Hardangervidda) en gingen eten in een Indisch restaurantje waar ze wereldkeuken serveerden. Het was onze laatste avond op Noorse bodem, we hadden goed gewandeld en dus vonden we dat we nog eens een uitgebreid tweegangendiner verdienden. Vanaf Odda reden we verder over de Hardanger nationale route die halt hield aan de Låtefoss waterval. Eigenlijk watervallen, aangezien de gigant in twee vallen splitst. De machtige waterval wordt al sinds de 19e eeuw door toeristen bezocht en we kunnen ze geen ongelijk geven want dit stukje natuurpracht is werkelijk de moeite om te bewonderen. Bovendien is daar een grote parking aangelegd, mét toilet. Ideale slaapplaats dus. De parking was nagenoeg leeg en werd alleen sporadisch gebruikt door mensen die in het schemerdonker even de waterval kwamen bezichtigen. Niemand wou daar blijven slapen omdat de waterval en de rivier nogal veel lawaai genereerden. Wij vonden het monotone geluid in ieder geval rustgevend, temeer omdat het het geluid van voorbijrijdende auto's maskeerde. We controleerden of er geen 'no camping'-borden stonden en maakten ons dan klaar voor de laatste nacht in de auto en in dit prachtig land.

1 Reactie

  1. Ingrid:
    7 september 2019
    Ik moet jullie bewonderen om na die hele pelgrimstocht opnieuw zo een beklimming te doen. De prachtige zichten maken het natuurlijk zeker weer de moeite waard.